dinsdag 6 januari 2015

Het kennen van God

1Bedenk toch hoe groot de liefde is die de Vader ons heeft geschonken! Wij worden kinderen van God genoemd, en dat zijn we ook. Dat de wereld ons niet kent, komt doordat de wereld hem niet kent. 2Geliefde broeders en zusters, wij zijn nu al kinderen van God. Wat we zullen zijn is nog niet geopenbaard, maar we weten dat we aan hem gelijk zullen zijn wanneer hij zal verschijnen, want dan zien we hem zoals hij is. 3Ieder die dit vol vertrouwen van hem verwacht maakt zich rein, zoals ook Jezus rein is. 4Ieder die zondigt overtreedt Gods wet, want zondigen is Gods wet overtreden. 5U weet dat Jezus verschenen is om de zonden weg te nemen; er is in hem geen zonde. 6Ieder die in hem blijft, zondigt niet. Ieder die zondigt, heeft hem nooit gezien en kent hem niet.
7Kinderen, laat niemand u misleiden: wie rechtvaardig leeft is een rechtvaardige, zoals ook Jezus rechtvaardig is.

1 Johannes 3:1-7

Wat een liefde dat God ons als Zijn kinderen heeft aangenomen. Wij zijn van Hem en horen bij Hem en Hij brengt ons tot ons doel. Ons doel in dit bestaan maar nog veel belangrijker ons einddoel in de eeuwigheid. Als kinderen verwachten we het van Hem want we weten dat we het niet in eigen kracht kunnen. Niet een theologisch weten maar een diepe overtuiging in ons hart door de Heilige Geest bewerkt. We maken onszelf rein van alle kwaad zodat we voor elk goed werk zullen zijn toegerust (2 Tim 2:21). Dit kunnen we niet in eigen kracht maar in de kracht van Christus. Daarom zegt Paulus 'wees krachtig in de Heer en in Zijn macht' als we de strijd met het kwaad aanbinden (Ef. 6:10). We vertrouwen het van Hem die alle macht heeft in Hemel en op Aarde (Mt. 28:18). Zo kunnen we dankzij Hem een rechtvaardig leven leiden zonder doelbewust in zonde te willen blijven leven. Wie doelbewust een leven van zonde wil blijven leven kent Hem niet. Misschien wel van horen zeggen, misschien wel academisch, maar niet werkelijk in het hart.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten